De Schager tak van Lint
De Schager tak vangt aan met Christiaan Bartholomeus van Lint (1839 – 1905). Christiaan werd geboren in Zijpe, waar zijn vader als brug en sluiswachter werkte. Christiaan zag niets in dit werk, ging als leerling smid in Schagen aan het werk, en bouwde daar zijn eigen smederij.
In 1867 huwt hij in Schagen met Sophia Mone, en het echtpaar krijgt drie kinderen waarvan er twee jong komen te overlijden.
Ook Sophia komt jong te overlijden in 1873 op 31 jarige leeftijd, en Christiaan richt zich volledig op de smederij, later geholpen door zijn enig overgebleven zoon.
In 1905 komt ook Christiaan te overlijden, op 66 jarige leeftijd.
De smederij wordt voortgezet door zijn enig overgebleven zoon Hermanus, en werd een historisch begrip in Schagen.
Hermanus huwt in 1900 met Trijntje de Graaf. Zij krijgen een totaal van 5 kinderen, maar slechts een zoon. Deze wordt vernoemd naar zijn grootvader, Christiaan, en werd geboren op 20 Januari 1906 in Schagen.
Schagen was een agrarische gemeenschap. Het meeste werk in de smederij bestond uit het repareren en vervaardigen van landbouwwerktuigen. Schoffels, wieders en stekelpikkers werden gesmeed op het op het aambeeld of vonden gerepareerd hun weg terug naar een van de vele boerderijen die Schagen in die tijd kende. Daarnaast kwamen de paardeneigenaren langs, want hoefbeslag was de tweede specialiteit van de smederij van Lint.
Van jongs af aan was Christiaan in de smederij te vinden om het vak van zijn vader te leren. Samen stonden zij aan het aambeeld te smeden en als Christiaan uit de maat sloeg, ondervond hij de boosheid en temperament van vader Herman.
Ook de koppigheid was vader Herman niet vreemd.
In 1923 kreeg Schagen waterleiding. Vele mensen echter gebruikten nog de ouderwetse put en vonden die nieuwerwetse voorzieningen maar niets, en zelfs nog minder toen bleek dat daar voor betaald moest worden.
Na een paar jaar werd de aansluiting echter verplicht gesteld, en moesten de zogenaamde ‘niet-aansluiters’ voor de rechter verschijnen.
Onder hen Herman van Lint met een buurman, die zich niet zomaar liet dwingen. Hij redde zich prima met zijn regenbakken, zei hij voor het hekje, en waarom zou men voor iets moeten betalen dat vrij uit de hemel kwam vallen?
Hij hekelde de zogenaamde ‘vrijheid’ in Nederland dat nu wel heel veel ‘op Rusland begint te lijken’.
Niet alleen de waterleiding stond vader Herman tegen, ook de elektriciteit – beschikbaar sinds 1918 – liet hem koud. Het werk bleef gaan volgens de oude school, met de hand.

Dat veranderde in 1934, toen Christiaan trouwde en de smederij overnam.
De blaasbalg werd van handmatig elektrisch. Verder plaatste hij in de smidse twee elektromotoren en dokterde een veerhamer uit, een elektrisch aangedreven hamer die het werk aanzienlijk vergemakkelijkte. Een nadeel was wel dat het enorme apparaat bij de buren het servies van de planken aftrilde.
Naast het smederij werk werd er een winkel in kachels en bakovens opgezet.

In 1952 kocht Chris een woning tegenover zijn bedrijf. De smederij werd uitgebreid met het achterhuis. Samen met zoon Piet, ontwikkelde vader Chris de Linta gierpomp. En een op de tractor te monteren arm, waarmee de boeren hun sloten konden schioonmaken.
Het bedrijf ging zich meer en meer toeleggen op constructiewerk en ook zoon Herman kwam als afgestudeert HTS’er in de zaak.
Met deze laatste twee genoemde zoons, maakte het bedrijf een enorme groei, en verhuisde naar het industrie terrein aan de Lagedijk.

In de moderne tijd, wanneer de smeden uitsterven, werd er eerst nog naast de smidse een kraan verhuur bedrijf opgebouwd, wat nog weer later opgaat in een staal constructie bedrijf (1993).
Wijnker van Lint Staalbouwers bv is een staalconstructie bedrijf gevestigd in Schagen.
In 1993 nam Ing. Wijnker de activiteiten van Chr. van Lint staalbouw over en werd Wijnker van Lint staalbouwers geboren. In het jaar 2000 was de jaarlijkse omzet gestegen tot 14 miljoen euro. Het bedrijf telde meer dan 90 vaste medewerkers.